Contact             Curriculum              de Milena              Gedichten              Inspiraties   

 

Lezingen           Performances           Projecten              Publicaties            Workshops 

         

         

 

 

 

 

 

 

'Signatures - signs of nature'

     

 

Lezing  brieven - Galerij De Witte Beer, Brugge 2004.

 

 

 

 

 

 

 

 

     
  'Provoking a landscape' Stefaan van Biesen tekening 2004.    
         
         
 

Beste vrienden,

 

Mensen uit alle culturen hebben doorheen de geschiedenis al altijd veel respect voor de plantenwereld gehad, vooral voor bomen, voor zowel de machtig grote als de kleinere soorten. In Afrika is dat respect voor de bomen vandaag nog het best voelbaar. De Afrikanen hebben respect voor elk deel van de boom. Het kleine zaadje dat je voorzichtig in je vingers houdt, de kleurige bloemen, de verschillende vruchten, de reusachtige stammen die je alleen maar met een aantal mensen kan omvatten: alles is even belangrijk. De bomen zijn niet alleen een deel van het landschap of nuttig voor de mensen: ze betekenen veel meer. In verschillende scheppingsverhalen van over de hele wereld werd de wereld geschapen uit een boom of boomzaadje. In een boomzaadje vind je de vier elementen verzameld: lucht, water, aarde en vuur. Uit dit zaadje kwam alles voort. Andere verhalen vertellen dat de mens is neergedaald uit de hemel via de takken en de stam van een grote boom. Die verhalen vertellen over de hoofdrol van de boom in de schepping, over hoe bomen onmisbaar zijn voor de wereld.

Een ander verhaal vertelt hoe de krachten van de eerste goden zich via de bomen manifesteert aan de mensen. In die verhalen heeft de boom het heelal voortgebracht en is hij het middelpunt van de wereld. Door zijn steun en zorg houdt hij de levende wezens op aarde in stand. Deze functie van bomen dwong al duizenden jaren waardering en eerbied af. Via de bomen onderhoudt en vernieuwt de mens zijn band met de schepper.

Het leven van de bomen volgt de seizoenen. Hun groei, bloei en het dragen van fruit worden afgewisseld door perioden waarin de boom kaal en dor is en als het ware slaapt. Deze slaap van de bomen wekt een gevoel van nederigheid, geduld, wachten op, maar ook een gevoel van angst: de angst dat de slaap overgaat in de dood. Om het ontwaken aan te moedigen bidden mensen tot bomen, zingen ze en dansen ze bij bomen, brengen ze de bomen geschenken en offers. Het steeds ontwaken van de boom maakt de boom tot een bron van alle leven op aarde. Die bron ontspringt voortdurend opnieuw vanaf het begin tot het einde der tijden.

De boom is oud en duurzaam. Hij weerstaat de bliksem, de overstromende rivier, hij kreunt en kraakt in stormen. De kracht van de boom herinnert in een Afrikaanse traditie aan de eerste vader die lang geleden het eerste woord sprak. Dat eerste woord wordt nooit vergeten: het is onverwoestbaar en blijft altijd hetzelfde. Het is een woord dat ondersteunt. Een woord dat mensen helpt bij rampen, problemen, en ellende die de wereld bedreigt. Het onvergankelijke eerste woord fluistert de mens bemoediging en troost toe. Het helpt hen met warmte en nodigt hen uit om te groeien.

Over de hele wereld komen mensen naar bomen om te praten. Ze nemen er belangrijke beslissingen. Bomen kunnen alleen staan, in een groep of in een heilig bos. Een boom is niet alleen de oorsprong van het leven en een verzamelplaats. De boom is ook het middelpunt van het dagelijkse leven. In het centrum van een dorp vond (en vind je soms nog) vaak een paal in de plaats van een echte boom. Daar komen de dorpelingen bijeen.

Ervaring en kennis worden vaak overgedragen dicht bij een boom of door verhalen waar een boom een belangrijke rol in speelt. Veel verhalen vertellen over verborgen schatten in bomen  of dat bomen  het geheim van het geluk kennen. Mythische helden (soms in de belichaming van bosdieren) moeten de stam van een grote boom binnengaan en antwoord geven op vreemde, onbegrijpelijke vragen. Ook moet de held opdrachten uitvoeren waarbij hij laat zien dat hij de taal begrijpt die in de boomwereld wordt gesproken. De boomtaal in die verhalen en sprookjes heeft andere klanken, de betekenissen zijn  helemaal anders. Dingen gebeuren er precies andersom en heel kostbare zaken lijken waardeloos en onbelangrijk.  Alleen wie luistert naar de boom, hem waardeert en van hem leert overleeft. Wie matig en bescheiden is kan rekenen op de hulp van onzichtbare, onbekende krachten. Je kan dan van alles vinden in het hart van de boom: honing, melk, in sommige sprookjes zelfs warm bier , een drank die je dronken en gelukkig maakt. Deze beloningen garanderen geluk en voorspoed voor de familie en vrienden van de held. Maar deze beloningen zijn gaven. Als je ze niet realiseert worden ze alsnog bronnen van ongeluk en ellende.

De boom verbindt de mens met de grond van zijn voorouders. Hij laat de mens overleven door hem dingen te tonen die verborgen liggen achter wat zichtbaar is. Overal, diep in de aarde en hoog in de hemel.

De boom vormt met zijn wortels, stam en takken als het ware een natuurlijke verbinding tussen het onderaardse, de aarde en de hemel. Hij houdt alles bij elkaar. Zonder bomen zou boven en onder niet op hun plaats kunnen blijven.

 

Bomen als bemiddelaars tussen de goddelijke krachten en de mens, het respect van mensen voor het grote én het kleine, het majestueuze én het kwetsbare van bomen, bomen in hun slaap waarbij de mensen wachten op een teken,  bomen als ontmoetingsplaats voor mensen, bomen waarbij het eerste woord werd gesproken, bomen als bibliotheken van ervaringen, bomen die een eigen taal spreken die de mens kan leren als hij zijn mensentaal vergeet.  Bomen die de wereld bij elkaar houden. Heel veel van dit verhaal over hoe mensen bomen ervaren vind je in het werk van Stefaan terug.

 

Net als in de sprookjes wordt bij Stefaans werk van je verwacht in de stam van de boom te stappen en te antwoorden op ongewone vragen. Er wordt van je verwacht je taal even te vergeten. Je krijgt een opdracht te vervullen. Die opdracht is om je te laten raken en aanraken door Stefaans werk: om niet alleen te kijken, maar om te luisteren. In dat luisteren vind je een stilte die antwoordt. Dat kan je meenemen naar huis: het is een gave, een geschenk vanuit een wereld die verborgen ligt achter het zichtbare. Die gave te realiseren is de opdracht.

 

Beste vrienden. Ik zeg niet voor niets ‘vrienden’. Ik zeg het niet alleen omdat er heel wat gezamenlijke vrienden van Stefaan en mij aanwezig zijn. Ik zeg het omdat, verzameld in het werk van Stefaan, vriendschap tastbaar wordt. Het werk van Stefaan nodigt tot vriendschap uit. Vriendschap in een bijzondere vorm.

Mijn leraar Sergiu Celibidache vertelde me ooit: ‘Liefde is het allergrootste, maar nog groter is vriendschap’.

Vriendschap is waarin Stefaans werken baden. Zijn vrienden zijn  niet alleen ook aanwezig in heel wat werken hier, in foto’s, in video’s, in tekeningen. Soms worden ze letterlijk een deel van het werk: zoals Julie die in het werk ‘Wereldstede’ sliep. Maar het zijn vooral in gesprekken die aan de werken vooraf gaan waar vrienden in aanwezig zijn. Die gesprekken zijn vaak lijfelijk, maar bestaan ook uit lange telefoongesprekken en briefwisselingen, zoals ik er zelf mocht van genieten. Die gesprekken, onzichtbare krachten achter de werken, zijn onderdeel van de werken geworden.

 

In Stefaan sluimert het renaissance-ideaal. Het utopische verlangen naar een samenleving waar het woord mensen dichter bij elkaar brengt, waar het woord heelt. Zijn  werken zijn niets minder dan spiegels voor dit ideaal. Spiegels waar de kijker zichzelf in herkennen kan, in de onzichtbare wereld waar hij letterlijk één stap vandaan staat.

In Stefaans werken wordt de kijker uitgenodigd op reis te gaan, om stap voor stap het pad te volgen in die onzichtbare wereld. Het is een reis die je niet alleen onderneemt.

De werken groeiden uit gesprekken met gelijkgestemden, geestesverwanten, zielsgenoten, vrienden.

 

De vrienden van Stefaan nemen deel aan de droom en aan de utopie van Stefaan. Het is die vriendschap; het samen werken aan, het samen groeien, het elkaar in woorden uitnodigen verder te gaan, het samen onderweg zijn in woorden, die beweegt.

De werken, die er uit ontstaan, nodigen weer uit tot nieuwe gesprekken, nodigen mensen uit tot vriendschap. Daarom ook is het woord onderhuids steeds aanwezig in Stefaans werk: hij wil de mensen die zijn werk beleven dichter bij elkaar brengen. Daarom is vanmiddag deze tentoonstelling op zijn mooist. Deze middag schitteren de werken in de gesprekken die ze uitnodigen.

Ik wil eindigen met de laatste woorden uit de Divina Commedia van Dante:

l'amor che move il sole e l'altre stelle

Uiteindelijk is het de liefde (en deze middag de vriendschap) die de zon en de andere sterren doet draaien.

 

Geert Vermeire

 
         
         
 

Top

     
 

Terug